Slechts weinigen zullen bekend zijn met het bestaan van de Ethiopische leeuw. Het aantal in het wild levende exemplaren is klein en kwetsbaar. Er is geen betrouwbare telling, maar het zullen er zeker niet meer dan maximaal 1.500 zijn.
Ze onderscheiden zich van hun soortgenoten uit zuidelijk Afrika door vooral hun zwarte, langere manen en dikkere beharing. Dit is noodzakelijk omdat zij leven in het op grote hoogte gelegen Afromontane nevelwoud met aanzienlijk koudere en vochtigere leefomstandigheden dan bijv. op de savanne in Zuidelijk Afrika. Door hun natuurlijk aanpassingsvermogen is het mogelijk voor de leeuwen om te overleven.
De leeuwen komen voor in het Harenna-woud, waar minstens 50 stuks leven, maar dat kan ook aanzienlijk meer zijn. Dit relatief veilige dichte leefgebied wordt helaas bedreigd door uitbreiding landbouwgebieden, ontbossing en steeds meer grazend vee. Hoewel bevolking en dieren nu nog in harmonie leven is voor de natuurbeschermers het creëren van bewustwording van het elkaar blijven accepteren en respecteren een speerpunt.
Na de ontdekking van een groep Ethiopische leeuwen in Alantash National Park heeft de noodzaak van bescherming en behoud van deze katachtige een impuls gekregen. Voor het behoud is het van belang een verbinding te leggen tussen Alantash NP en Dinder NP in het aangrenzende Soedan.
Meer over de leeuwen in deze parken kunt u lezen in ons nieuwsbericht van 6 mei 2018.
Bron: Selamta Magazine