Recent maakte het Ministerie van Environment and Tourism van Botswana bekend dat zij acht cheeta’s vanuit hun land zullen overbrengen naar India. India startte enkele jaren geleden een herintroductieproject voor cheeta’s, jaren nadat de soort in 1947 in dit land was uitgestorven.
In 2022 werden twintig cheeta’s vanuit Zuidelijk Afrika naar Kuno National Park in de deelstaat Madhya Pradesh gebracht. Acht vanuit Namibië en twaalf vanuit Zuid-Afrika. Menig wetenschapper heeft zich kritisch uitgelaten over dit plan van India. Ook SPOTS had en heeft de nodige kanttekeningen; we hebben daar meerdere malen over bericht. Onze kritiek behelst niet alleen zorgen over de cheeta’s uit Afrika zelf. We betreuren het ook dat India vele miljarden in ‘Project cheetah’ stopt, terwijl heel veel andere diersoorten in India die steun hard nodig hebben.
Last but not least is de leeuw in India, in onze ogen, het slachtoffer geworden van ‘Project cheetah’. De bedoeling was om dit dier uit te plaatsen in Kuno National Park en dit werd zelfs door de hoogste rechters van India van het grootste belang geacht. Met de komst van cheeta’s uit Afrika, kunnen de leeuwen hier echter niet meer geplaatst worden. En dat is in onze ogen risicovol gezien het feit dat de hele populatie Aziatische leeuwen, de enige buiten continent Afrika, nu leeft in GIR.
Om een stabiele populatie cheeta’s in India te creëren, moet het land met regelmaat cheeta’s uit Afrika importeren. De bedoeling was dat Namibië en Zuid-Afrika dit zouden doen. Omdat de introductie van de cheeta’s uit Zuidelijk Afrika echter niet erg soepel is gelopen, hebben deze landen aangekondigd voorlopig geen nieuwe cheeta’s te willen overbrengen. Aldus bronnen zou India vervolgens bij Kenia hebben aangeklopt voor cheeta’s uit hun land maar weigerden zij dit ook.
Botswana gaat nu dus acht cheeta’s leven. Deze dieren komen uit het wild. Aldus Botswana heeft hun land een gezonde populatie cheeta’s en kunnen zij daarom aan het verzoek van India voldoen.
Foto (ter illustratie) copyright Marlies en Wil Vermeesch-Holtmann