Wetenschappelijke naam

Felis chaus

Uiterlijk

De moeraskat is een slanke kat die vrij hoog op de poten staat.

• Vacht:
  • De haren van de op het oog egaal gekleurde vacht vertonen ticking.
  • De vachtkleur zelf verschilt per individu en populatie.
  • De meest voorkomende vachtkleuren zijn zandbruin, gelig grijs, roodbruin en grijsbruin. Maar in Pakistan en India zijn er ook zwarte moeraskatten gesignaleerd.
  • Jonge dieren hebben duidelijk zichtbare strepen die later vervagen hoewel ze wel altijd aanwezig zijn.
• Staart:
  • De staart is relatief kort.
  • Geringd en ook op de poten lopen donkere strepen.
• Kop:
  • De oren zijn spits en hebben een klein kwastje (de grootte verschilt per ondersoort).
  • De achterzijde van de oren heeft een witte vlek.

Verspreiding en leefgebied

Gebied & omgeving:

• De moeraskat komt voor van India en Sri Lanka via Zuidwest-Azië en centraal Azië tot Arabië.
• Ook in Zuidoost-Azië wordt deze kat aangetroffen.
• In Afrika komt de moeraskat voor in de Egyptische nijldelta.
• Op het Eurazische continent komt de moeraskat voor in Rusland, Azerbeidzjan en Georgië.
• De moeraskat komt voornamelijk voor in waterrijke gebieden met dichte begroeiing als moerassen, rietbedden en andere gebieden met dichtbegroeide oevers of kusten.
• De omgeving waarin deze wateren liggen, is niet belangrijk en de moeraskat kan zowel in woestijnen als in vochtige wouden gevonden worden.
• Ook komen ze geregeld voor in landbouwgebieden, boomplantages en rond kunstmatige vijvers.
• De moeraskat is niet bang voor mensen en waagt zich geregeld in de buurt van nederzettingen. Er worden zelfs regelmatig nesten gevonden in bouwplaatsen. In het Himalayagebied zijn moeraskatten tot op een hoogte van 2400 meter waargenomen.

Hoogte:

• Maximaal 4.178 m.

Copyright Fred Hood

Territorium

Onbekend.

Gedrag

De moeraskat is vaak overdag actief maar dit verschilt sterk per streek, leefgebied en ondersoort. In India is deze kat bijvoorbeeld alleen maar in de schemering en vooral in de nacht actief.

Voortplanting

De moeraskat leeft zoals de meeste katten solitair behalve in de voortplantingstijd. Het mannetje helpt mee met de zorg voor de jongen wat vrij uitzonderlijk is voor een wilde kattensoort.

• Draagtijd: 56-66 dagen.
• Aantal jongen: 2-5 jongen.
• Gespeend: na ongeveer 2 maanden.
• Onafhankelijk: na ongeveer 5 maanden.
• Geslachtsrijp: na ongeveer 18 maanden.

Jacht

Wijze van jagen:

• Op de grond.
• Een prooi in het water vangen waarvoor gezwommen moet worden is geen probleem.

Dieet

• Knaagdieren.
• Hazen.
• Reptielen.
• Insecten.
• Vissen.
• Kikkers.
• Padden.

Status

• IUCN Rode Lijst: Least concern (niet bedreigd).
  Niet geldt niet voor alle ondersoorten in India. Statussen zijn onduidelijk na de nieuwe indeling en moeten nog nagezien/herzien worden.
• CITES Appendix: II
  Dit betekent dat het om een bedreigde diersoort gaat maar die niet met uitsterven wordt bedreigd. Handel in deze diersoort is gereguleerd toegestaan.
• Geschat aantal:
  Onbekend.

Bedreiging

• De grootste bedreiging voor de moeraskat is verdwijning van de natuurlijke leefomgeving.
• Daarnaast is de vacht van deze dieren jarenlang een belangrijk exportproduct geweest en bestaat er nog steeds een illegale handel in deze huiden.

Ondersoorten

Klik hier voor een overzicht.

Fysieke kenmerken

• Lichaamslengte: ca. 50-75 cm, vrouwtjes zijn iets kleiner.
• Staartlengte: ca. 15-25 cm.
• Hoogte: ca. 35-42 cm.
• Gewicht: ca. 5-13 kg, vrouwtjes zijn iets lichter.
• Leeftijd: in gevangenschap en in het wild ca. 14 jaar.

Wil je een spreekbeurt over de ocelot?
Klik hier voor ons spreekbeurtmateriaal dat je direct kunt downloaden.

Laatst bijgewerkt:
2022